Waar te beginnen ?
Een andere moeilijkheid kan zijn dat er zoveel moet veranderen, dat alleen bij het idee alleen al, de moed in de schoenen zinkt.
De meesten kennen wel de Pareto analyse of de 20/80 regel, die dikwijls inderdaad lijkt op te gaan, bijv. 80% van de moeilijkheden wordt veroorzaakt door 20% van de afnemers. Zo heeft Gareth Morgan (www.imaginiz.com) dit uitgewerkt met Finding your 15%. Feitelijk dus een manier om de gehele gewenste verandering op te delen in behapbare brokken en ze zo een voor een (per 15%) aan te pakken en ideeën te zoeken. De hierna gevonden oplossingen kunnen zo een soort olievlekwerking bewerkstelligen.
Zo komt het in een organisatie wel eens voor dat de mensen de gegeven opdrachten als een contradictie ervaren. In de Imaginization video geeft hij o.a. de volgende voorbeelden:
innoveer vs bezuinig, neem initiatief vs volg de regels, minder personeel vs betere service, individuele beloning vs meer teamwerk. Deze contradicties geven de grenzen van paradigmas weer, daarom zijn ze interessant om als uitgangspunt van de analyse te nemen.
Vanuit deze tegenstellingen kunnen analyses gemaakt worden van de aandachtsgebieden van elke zijde. Door de uitwerking worden verschillende facetten zichtbaar en die kunnen we aanpakken. Elke kant van de contradictie wordt in kaart gebracht op een mind map.
Dit brengt ons op kleinere aspecten. De grote verandering (100%) hebben we meestal niet in de hand. Door de situatie te analyseren komen we uiteindelijk op een niveau (zeg 15%) waar ik wel iets kan veranderen.
Meer dan de helft van alle kwaliteitsprogrammas heeft juist gefaald, omdat meteen aan de grote verandering gewerkt werd. Dat is ook wat ons veelal moedeloos maakt: "Daar heb ik toch niet genoeg invloed voor." Bovendien is het meestal de context die bepaalt of het nieuwe lang nieuw zal blijven of wordt opgenomen in de oude context.
Als we verandering noodzakelijk vinden kunnen we het beste eerst uittekenen (op mindmaps )wat de diverse verbanden en implicaties zijn. In principe is ca 85% van de omgeving onbeheersbaar. Daaraan werken betekent veel verlies van energie. Weten waar je wat kunt doen en dan onderzoeken hoe dat aan te pakken, heeft een olievlekwerking. Via anderen in je omgeving gaat dat zo verder. Mensen zijn pas bereid te veranderen als ze zien wat er voor hun beter aan is. Dit is de kracht van product champions. Zij beginnen zelf en bewerken hun omgeving stap voor stap.
De kracht van deze '15%' kan misschien ook nog vanuit een andere invalshoek verklaard worden. We kijken dan naar de oppervlakte structuur en de diepte structuur. Bij voorbeeld het schaakspel (Wilber 1999).
De oppervlakte structuur wordt gevormd door de verschillende stukken en de zetten, die ermee gemaakt worden tijdens het spel. De diepe structuur bestaat uit de regels van het spel, de patronen die de interne relaties van de stukken ten opzichte van elkaar bepalen. De invloed van de diepe structuur heet transformatie. Door de regels wordt ieder stuk op holistische wijze met de andere stukken verbonden
via deze relatiepatronen. De diepe structuur definieert het spel -je kunt de oppervlaktestructuren veranderen, stukken van hout, plastic of steen nemen, en steeds behoud je fundamenteel hetzelfde spel. Je kunt zelfs kiezezelstenen gebruiken; dan hoef je alleen maar de stenen te merken volgens de basisregels, m.a.w. aangeven hoe ieder stuk past in de regels van de diepe structuur. De relatie van diepte structuur met de oppervlakte structuur heet transcriptie. Het verschuiven van de stukken over het bord, het spel spelen heet vertaling.
Vooral reageren op de oppervlakte structuur zal dus reactief en probleemoplossend zijn. Door onvoldoende aandacht voor de diepte structuur zullen oplossingen vertalingen zijn, die weinig zicht op langere termijn kansen bieden.
Door vanuit contradicties de achterliggende oorzaken (diepte structuur) te verkennen zullen de bijdragen van minder voor de hand liggende oorzaken duidelijk worden.
Als het schaakspel met inzicht wordt gespeeld, wordt de organisatie geadviseerd vanuit het oogpunt van transformatie.